Per 1 juli 2025 zijn de griffierechten in WHOA-procedures flink verlaagd. Met deze maatregel wil de wetgever de toegang tot de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA) verbeteren, vooral voor kleinere ondernemingen. Deze maatregel is onderdeel van de Verzamelwet Justitie en Veiligheid en Asiel en Migratie 2025 (Stb. 2025, 124).
Wat is de WHOA ook alweer?
De WHOA bestaat sinds 1 januari 2021 en is een belangrijk
instrument voor bedrijven om een faillissement te voorkomen door
via een onderhands akkoord te herstructureren en schulden te
saneren. Maar de WHOA kan ook worden gebruikt om
bedrijfsactiviteiten van een onderneming via een liquidatieakkoord
gecontroleerd af te wikkelen. De WHOA creëert een juridische
grondslag voor een akkoord buiten faillissement waarbij
schuldeisers wel gedwongen kunnen worden, ook al stemmen zij tegen.
Omdat dit soms vergaande consequenties kan hebben, zijn in de
WHOA-procedures, waarborgen en (spel)regels vastgelegd aan de hand
waarvan deze akkoordprocedure moet voldoen.
Evaluatie en kritiek op kosten
In december 2023 verscheen een evaluatierapport van de Rijksuniversiteit
Groningen en de Universiteit Leiden, opgesteld in opdracht van het
WODC. Hieruit kwam naar voren dat de WHOA in de praktijk vooral
wordt gebruikt door grotere ondernemingen. Voor veel kleine
MKB'ers blijkt de procedure simpelweg te kostbaar. Niet alleen
de kosten van juridische begeleiding, maar ook het hoge
griffierecht vormt een barrière. Dit geldt niet alleen voor
de ondernemer die het akkoord wil aanbieden, maar ook voor
schuldeisers of aandeelhouders die zich daartegen willen
verzetten.
Nieuwe, lagere tarieven
Om die financiële drempels weg te nemen, zijn de
griffierechten per 1 juli 2025 aangepast. Zowel schuldenaren als
schuldeisers profiteren van deze wijziging.
- Verzoek tot homologatie akkoord (door de
schuldenaar):
Het griffierecht voor het indienen van een homologatieverzoek valt voortaan binnen de laagste tariefcategorie. Voor eenmanszaken (natuurlijke personen die een onderneming drijven) betekent dit een verlaging van EUR 2.723 naar EUR 331. Voor rechtspersonen (zoals BV's) daalt het tarief van EUR 6.861 naar EUR 714.
- Verzoek tot afwijzing homologatie (door schuldeisers of
aandeelhouders):
Ook het tarief voor het indienen van een verzoek tot afwijzing van de homologatie is verlaagd. Waar dit eerder afhankelijk was van de hoogte van de vordering of het belang van de aandeelhouder, geldt nu ook hier het laagste tarief: EUR 331 voor natuurlijke personen en EUR 714 voor rechtspersonen. Dit varieerde eerder tussen de EUR 3.000 en EUR 10.000.
Geen stapeling van griffierechten binnen
één WHOA-traject
Binnen één WHOA-procedure kan een schuldenaar
meerdere verzoeken bij de rechtbank indienen, bijvoorbeeld eerst
een verzoek tot afkoelingsperiode en later een verzoek tot
homologatie van het akkoord. Tot nu toe betekende dit dat voor elk
afzonderlijk verzoek opnieuw griffierecht moest worden betaald. Met
de recente wetswijziging is dat veranderd: voortaan wordt het
eerder betaalde griffierecht verrekend met het griffierecht voor
een volgend verzoek binnen dezelfde procedure. Dit voorkomt dat de
kosten onnodig oplopen en maakt het WHOA-traject financieel
toegankelijker.
Overigens volgt reeds uit rechtspraak (ECLI:NL:RBNNE:2025:210) dat wanneer meerdere (rechts)personen een gelijkluidend verzoek doen tot het afkondigen van een afkoelingsperiode dat gezamenlijk wordt behandeld waarbij er sprake is van meer dan enkel samenhang, er van de betreffende (rechts)personen slechts eenmaal griffierecht wordt geheven.
Toegankelijkheid verbeterd
Met deze tariefsverlaging hoopt de wetgever de WHOA toegankelijker
te maken voor een bredere groep ondernemers. Daarmee wordt beoogd
dat ook kleinere bedrijven in financiële problemen gebruik
kunnen maken van dit belangrijke herstructureringsinstrument en zo
een faillissement kunnen afwenden.
Meer weten?
Wilt u meer informatie over de WHOA? Bekijk dan hier onze WHOA-pagina. Uiteraard kunt u ook
contact opnemen met één van onze specialisten. Onze
specialisten helpen u graag.
The content of this article is intended to provide a general guide to the subject matter. Specialist advice should be sought about your specific circumstances.