Aansprakelijkheidsrecht. Op een notaris rust een ministerieplicht. De ministerieplicht houdt in dat een notaris verplicht is opgedragen werkzaamheden te verrichten, tenzij een uitzonderingsgeval zich voordoet (artikel 21 Wet op de notarisambt).1  Over het toepassingsbereik van de ministerieplicht wordt regelmatig geprocedeerd.2

In een recente uitspraak van de Rechtbank Den Haag (Rb. Den Haag 4 april 2018, NL:RBDHA:2018:4180) stond wederom het toepassingsbereik van de ministerieplicht centraal. De vraag die beantwoord moest worden, was of de notaris in kwestie de opdracht van een hypotheekhouder tot het opstarten van een executieveiling had moeten weigeren.

Kort gezegd had de hypotheekhouder de notaris verzocht tot het opstarten van een executieveiling, nadat het verzoek van de hypotheekhouder tot faillietverklaring van de hypotheekgever was afgewezen. De notaris was van die afwijzing op de hoogte, maar zag geen reden het opstarten van de executieveiling te weigeren. De veiling heeft uiteindelijk geen doorgang gevonden. Daarna begon de hypotheekgever een rechtzaak tegen de notaris.

Volgens de hypotheekgever zou de notaris aansprakelijk zijn, omdat deze de opdracht tot het opstarten van de executieveiling had moeten weigeren. De vordering van de hypotheekhouder zou niet opeisbaar zijn geweest en die ontbrekende opeisbaarheid zou blijken uit de afwijzing van de rechtbank van het verzoek tot faillissement.

De rechtbank ging daar niet in mee. De notaris had zijn zorgplicht niet geschonden door de executieveiling in gang te zetten. Dit zou echter anders zijn als bij de notaris het vermoeden bestond of de notaris ervan overtuigd was, dat de hypotheekhouder niet over een opeisbare vordering beschikte. De afwijzing van het verzoek tot faillissement van de hypotheekgever, creëerde volgens de rechtbank niet een dergelijk vermoeden of overtuiging. Aan die afwijzing kwam bovendien geen gezag van gewijsde toe. Evenmin had de faillissementsrechter uitvoerig onderzoek gedaan naar de feiten. Een enkele betwisting van de feiten, die aan een faillissementsverzoek ten grondslag zijn gelegd, is een voldoende weerlegging, aldus de rechtbank.

Overigens werd de notaris ook verweten onrechtmatig te hebben gehandeld. Volgens de hypotheekgever stond te lang op internet vermeld dat er een executieveiling speelde. De rechtbank verwierp eveneens dit verwijt. Mocht de hypotheekgever hierdoor toch financieel nadeel hebben ondervonden, dan speelt mede de vraag in hoeverre er sprake is geweest van onrechtmatige executie en zou men zich tot de executant moeten wenden voor verhaal.

Footnotes

1. Kamerstukken I 2009/10, 32250, nr. 3. P. 6: "Op de notaris rust, (...), de plicht om wettelijk opgedragen taken en om door een cliënt gevraagde notariële diensten te verrichten. Dit is de zogeheten "ministerieplicht", neergelegd in artikel 21, eerste lid, Wna."

2. Zie o.a. HR 3 april 2015, ECLI:NL:HR:2015:831, Rb. Den Haag 1 maart 2017, ECLI:NL:RBDHA:2017:3441,

Dentons is the world's first polycentric global law firm. A top 20 firm on the Acritas 2015 Global Elite Brand Index, the Firm is committed to challenging the status quo in delivering consistent and uncompromising quality and value in new and inventive ways. Driven to provide clients a competitive edge, and connected to the communities where its clients want to do business, Dentons knows that understanding local cultures is crucial to successfully completing a deal, resolving a dispute or solving a business challenge. Now the world's largest law firm, Dentons' global team builds agile, tailored solutions to meet the local, national and global needs of private and public clients of any size in more than 125 locations serving 50-plus countries. www.dentons.com.

The content of this article is intended to provide a general guide to the subject matter. Specialist advice should be sought about your specific circumstances.